Een ‘’verse’’ tatoeage (niet ouder dan zes maanden) kan nog niet behandeld worden, omdat de huid eerst volledig hersteld moet zijn.
Het verwijderen van een tattoo wordt gedaan met een laserbehandeling. Momenteel wordt vooral de Q-switched laser gebruikt. Dit is een smalle laser, waarmee precies gewerkt kan worden. Het belangrijkste voordeel van deze laser is het korte pulserende vermogen, wat zorgt voor opwarming van de inkt en minimale opwarming van de huid. De huid wordt dus zo min mogelijk blootgesteld aan warmte, om littekenvorming en pigmentatievorming te voorkomen. De afgebroken inkt wordt door het lichaam opgenomen en via natuurlijke wegen uitgescheiden (urine).
Voor het verwijderen van een tattoo is geduld vereist. Gemiddeld zijn voor het geheel verwijderen van een tattoo 8 tot 12 behandelingen nodig. Tussen deze behandelingen moet je zo’n 10 weken wachten, zodat de huid goed kan herstellen voordat de nieuwe laserbehandeling gestart wordt. Ook de verbrijzelde inkt kan niet sneller dan in zes tot acht weken door het lichaam verwijderd worden. Het heeft dus geen zin om de behandelingen sneller achter elkaar uit te voeren.
Naast de Q-switched laser zijn ook zogenaamde picoseconde lasers in opkomst. Bij picoseconde lasers, zoals de PicoWay, is de laserpulse 100 keer korter dan die bij de Q-switched lasers. Hierdoor zou de kans op verbranding en pigmentatie van de huid kleiner moeten worden.
Uit onderzoek blijkt dat met een picoseconde laser vaak in veel minder sessies (soms zo weinig als 1 of 2 sessies, meestal 5 tot 6 sessies) een beter effect kan worden bereikt dan bij de traditionele Q-switched laser. Vooral tatoeages met daarin de kleuren groen en blauw zijn in potentie een stuk makkelijker te verwijderen.















